Het Oude Testament staat vol profeten en profetieën, het is zelfs voor het overgrote deel geschreven door profeten. In het Nieuwe Testament zijn ze ook een gebruikelijke verschijning. Van individuen zoals Anna (Luc.2:36) en Agabus (Hand. 21:10), tot de dochters van Filippus (Hand. 21:9) en groepen profeten uit Jeruzalem of Antiochië (Hand. 11: 27; 13:1).
Paulus schrijft dat profeten samen met apostelen, evangelisten, herders en leraars aan de kerk zijn gegeven om de leden van de kerk toe te rusten (Ef. 4:11,12). Over profeten zegt hij: “Wie profeteert, spreekt voor mensen: opbouwend, vermanend en troostend”, of “opbouwend, troostend, bemoedigend”, afhankelijk van de vertaling (1 Kor. 14:3). Vanwege de ordelijke gang van zaken mogen maar twee of drie profeten het woord voeren in een kerkdienst, de andere (!) profeten moeten het gezegde beoordelen (1 Kor. 14: 29).
Toch zijn er mensen die menen dat er geen profeten meer zijn. De volgende redenen worden daarvoor gegeven:
1/ ‘Profeten zijn niet langer nodig omdat God nu tot ons spreekt door de bijbel. In de tijd van de vroege kerk hadden ze het Nieuwe Testament nog niet en dus waren er profeten nodig’.
De basis hiervoor wordt gevonden in 1 Kor. 13:8-10: profetieën zullen verdwijnen (…), want het is onvolkomen, het is beperkt, het schiet tekort. Als het volmaakte komt zal het onvolkomene afgedaan hebben. Dat volmaakte zou dan het Nieuwe Testament zijn. Uit de context blijkt echter dat het volmaakte gaat over de tijd dat we God zien van aangezicht tot aangezicht. (1 Kor. 13:12)
Daarnaast hadden bijvoorbeeld de koningen in het Oude Testament de beschikking over de boeken van Mozes, maar toch gebruikte God regelmatig profeten om hen te herinneren aan wat daarin stond over de zegen en de vloek van de wet (Deuteronomium 28). Datzelfde geldt voor ons. Wij hebben het ook nodig dat iemand ons af en toe weer herinnert aan wat God gesproken heeft.
2/ In Openbaring 22:18 staat dat er niets meer aan dit boek mag worden toegevoegd. ‘Latere Profetieën voegen toe aan de bijbel en dat is door God verboden’.
Openbaring is een van de 66 boeken van de bijbel. Het is niet geschreven als het afsluitende hoofdstuk van de bijbel, maar het is een zelfstandig boek, geschreven als een waarschuwing en bemoediging aan de gemeenten die vervolgd werden. Het goede nieuws van Openbaringen is dat God overwint, hoe hopeloos de situatie ook lijkt. De gelovigen worden niet vergeten, ze worden niet aan hun lot overgelaten. Er wacht hen een prachtige toekomst. Aan deze boodschap mag niets worden toegevoegd of afgedaan. Vers 18 slaat op het boek Openbaring en niet op de hele bijbel.
3/ De kerk is gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten (Ef. 2:19-20). ‘Het fundament is klaar, dus we hebben geen apostelen en profeten meer nodig’.
Het fundament is dat de heidenen net als de Joden toegang hebben tot de Vader en mede erfgenaam zijn. (Ef. 2:17,18; 3:5,6) Deze boodschap wordt uitgedragen door de apostelen en profeten en hiervan is Christus de hoeksteen. Deze openbaring was wereldschokkend, maar inderdaad, dit fundament ligt rotsvast, daar hebben we geen apostelen en profeten meer voor nodig. Paulus verwijst dan ook naar hen als bouwers op dit fundament (Ef. 2:22, 4:11-12). In zijn brief naar de Korintiërs roept hij zelfs op om te streven naar de gave van profetie. (1 Kor. 12:28, 14:1) In 1 Kor.14:3 beschrijft hij de functie van profeten in de gemeente, niet langer als leggers van een fundament, maar als bouwers, troosters, vermaners en bemoedigers in de kerk.
Deze functie is nog steeds nodig. Om de gemeente op te bouwen, te vermanen, te troosten en te bemoedigen hebben de meeste gemeenten zelfs iemand speciaal in dienst genomen: een predikant, voorganger, pastor, enz.. Iedere zondag geven we een half uur of langer van onze tijd en luisteren aandachtig naar wat hij of zij ons te zeggen heeft. We geloven dat de woorden die gesproken worden, zijn geïnspireerd door God. We kunnen de woorden van God allemaal lezen in de bijbel, maar bij het toepassen van die woorden in ons leven kunnen we wel wat hulp gebruiken.
Zijn er tegenwoordig nog profeten? Ja, gelukkig wel. Ze dragen meestal niet de titel ‘profeet’, maar ze functioneren wel met de gave van profetie in de gemeente. Het zijn echt geen zweverige of heel geestelijke mensen, het zijn vaak de raadgevers, de go-to-people als je met vragen zit. De mensen die precies de goede bijbeltekst of woorden voor je hebben op het juiste moment. Die je met een klein duwtje een heel eind verder helpen. Omdat dit zo’n positieve invloed heeft op de gemeente zegt Paulus tegen de Korintiërs: streef dan naar de liefde (hst 13) en naar de gave van profetie (hst 14).
Profetie is dus niet iets heel bijzonders, moeilijks of geestelijks. Profeten zijn meestal niet degenen die vertellen wat er mis is, maar degenen die je bemoedigen om dat wat mis is te veranderen. Profeten zijn niet degenen die je zeggen dat God bijzondere plannen voor je heeft, maar degenen die je helpen goede keuzes te maken voor je toekomst.
Hoe het dan zit met de toekomstvoorspellingen en de rondreizende profeten, lees je in mijn volgende blog.
Dit was de derde in een serie van vijf. De vorige blogs waren:
https://www.ontspannenchristendom.nl/2016/11/02/profeten-inleiding/
https://www.ontspannenchristendom.nl/2016/11/09/wat-is-een-profe…ellingen-zijn-er/