Met smart zult gij kinderen baren

Na de zondeval zei God tegen de vrouw: Ik zal uw moeite (zwoegen) en uw zwangerschap zeer vermeerderen; met pijn zult u kinderen baren (Genesis 3:16 ). God zegt dit tegen Eva nadat ze van ‘de appel’ heeft gegeten. Vanwege deze tekst wordt de pijn bij een bevalling soms gezien als straf voor haar ongehoorzaamheid.

Dat vind ik een vreemde conclusie. Het zou namelijk betekenen dat vrouwen die makkelijk bevallen, minder worden gestraft dan vrouwen met moeilijke bevallingen. En daarnaast zie ik het hele nut niet van zo’n straf. Leer je hier iets van? Ga je nu beter opletten? Zal je nu nooit meer een vrucht plukken van de boom van kennis van goed en kwaad? Of heeft God, onze liefdevolle Vader, een sadistisch trekje? Dat Hij het er bij iedere geboorte nog even inwrijft: “jij bent slecht!” Dit klopt niet met het beeld van God, die Zijn eniggeboren Zoon niet gespaard heeft, maar ons met Hem alles gegeven heeft. Met een God die rechtvaardigt (Romeinen 8:31-33). Volgens mij is dit dan ook geen straf en al helemaal geen vervloeking, maar een gevolg van de kennis van goed en kwaad. God zegt tegen Eva hoe de nieuwe situatie zal zijn nu het kwaad zijn intrede in de wereld heeft gedaan.

Oudere vertalingen gebruiken niet het woord ‘pijn’, maar ‘smart’. Bij smart denk je eerder aan verdriet of droefheid en aan geestelijke pijn. Dat is volgens mij de richting waarin we moeten denken.

Kinderen krijgen in een wereld met de kennis van goed en kwaad brengt, naast de vreugde, ook verdriet met zich mee. Je ziet je kinderen huilen, verdriet hebben, ziek zijn, pijn hebben, onrechtvaardig behandeld worden en soms zelfs dood gaan. Je ziet je kinderen verkeerde keuzes maken. Je ziet ze dezelfde fouten maken die jij ook hebt gemaakt en je kunt ze niet altijd tegenhouden. Hoe vaak maken we ons geen zorgen over onze kinderen? Hoe vaak is er niet door een moeder gezegd: “ik wou dat ik zijn plaats kon innemen”?

Eva zag dat haar ene zoon de andere vermoordde.

Maria zag dat haar Zoon werd verraden, gemarteld en vermoord, terwijl Hij niets verkeerd had gedaan.

Een man baart niet met smart, maar hij ervaart dezelfde moeite. Man en vrouw ‘zwoegen’ in gelijke mate. Bij de geboorte van zijn kind kan een man zich overweldigd voelen door een enorm verantwoordelijkheidsbesef. Hij voelt zich soms onzeker of hij wel een goede vader zal zijn en kan angstig zijn voor de kwetsbaarheid die dit nieuwe leven met zich mee brengt. Dit kun je terugvinden in ‘met zwoegen zult u van de aardbodem eten’. De aardbodem is vervloekt, ze brengt niet meer alleen goede dingen voort. Doornen en distels bedreigen nu de toekomst van je kinderen. Lukt het je om ze te geven wat ze nodig hebben? Lukt het je om ze te beschermen?

Hebben we als kerk hetzelfde gevoel bij baby’s in het geloof?

Als je soms mensen hoort praten over evangelisatie, dan doet dat wel eens denken aan ‘met smart kinderen baren’. Het is echt moeilijk om met je ongelovige buren over het geloof te beginnen. Collega’s uitnodigen voor de kerstdienst in de kerk, of voor de Alpha, we kunnen er als een berg tegenop zien.

En als je ziet hoe we soms omgaan met nieuwe gelovigen, dan lijkt dat wel een beetje op zwoegen om de doornen en distels onder controle te houden. We zien overal gevaar en willen deze baby’s in het geloof daar graag tegen beschermen. We vertellen ze daarom al snel wat ze allemaal beter niet kunnen doen.

Laten we voorafgaand aan de volgende evangelisatieactie naast voorbede ook ontspanningsoefeningen gaan doen. Adem in, adem uit. Evangeliseren is een natuurlijk iets, net als bevallen. Wat vooral helpt om het proces te bespoedigen, is ontspannen. Als je in een kramp schiet, vertraag je het alleen maar. Wees gewoon je christelijke zelf, sta in je omgeving bekend om je vriendelijkheid (Filippenzen 4:5) en om je vrijgevigheid en je gastvrijheid (Handelingen 2:44-47), en als de gelegenheid zich voor doet, vertel dan wat het geloof voor jou betekent.

Wanneer iemand tot geloof komt, laten we hem of haar dan pamperen zoals we met een baby’tje doen. Het allerbelangrijkste voor iedere pas geborene is liefde, genade en melk. Een baby’tje hecht zich omdat het keer op keer wordt bevestigd. Maakt niet uit hoe hard en hoe vaak het huilt en poept, de ouders staan iedere keer weer klaar om te voeden, te knuffelen en te verschonen. We hebben een enorme genade naar een baby toe. Die kleintjes weten niet beter, dus we rekenen ze hun gedrag niet aan, terwijl we dat soort gedrag van onze peutertjes al bijna niet meer accepteren en we onze pubers dus echt op hun kop geven wanneer ze een keel op zetten als ze honger hebben.

Laten we daarom geduld hebben met pas gelovigen en niet van ze verwachten dat ze zich gaan gedragen zoals ‘het hoort’. Laten we ze eerst leren wat de liefde en genade van God inhoudt en daarmee dat het eeuwige oordeel voor hen betekend dat ze altijd bij God zullen zijn. Laten we ze leren wat de opstanding inhoudt en de doop en het opleggen van handen. Laten we ze leren wat dode werken zijn en hoe ze die kunnen nalaten en hoe ze op God kunnen vertrouwen. Want dat is de melk volgens Hebreeën 6:1-2. Vast voedsel is voor de volwassenen die hun zintuigen door het gebruik ervan geoefend hebben om te kunnen onderscheiden tussen goed en kwaad. (5:14)

Comments