Kerk zonder labels – Inleiding

Kerk zonder labels

De vraag: Zou het mogelijk zijn om heel veel labels af te schaffen, waardoor we meer ontspannen en vrij in de wereld kunnen staan, zonder compleet van God los te raken?

De subvraag: Wat voor labels hangen we als christenen en kerken eigenlijk aan de mensen en situaties om ons heen en wat zegt de bijbel over die labels? Hoe belangrijk zijn ze eigenlijk?

De aanleiding: Verloste christenen die helemaal niet zo vrij overkomen omdat ze erg bezig zijn met goed en fout en het vermijden van zonde. Als hulpmiddel worden overal labels aan gehangen: dit mag wel, dat mag niet, dit is fout en dat ook. Of wat moderner: ‘je kunt beter dit doen’, en ‘hier zijn we voor’.

Jezus gaf geen definities, maar verhalen. Die bijbelverhalen kun je letterlijk nemen, maar je kunt ze ook serieus nemen. Tomáš Halík

Inleiding

Volgens mij zijn we als christenen meer dan gemiddeld bezig met goed en fout, zonde en schuld, en de consequenties daarvan. ‘Gewone’ mensen hebben hun geweten en het wetboek van strafrecht, christenen hebben daarnaast de bijbel en de kerk die je leren wat zonde is. Omdat zonde zo erg is, willen we dat zo veel mogelijk vermijden, niet alleen voor onszelf, maar ook voor anderen.

Het resultaat is dat ik niet-gelovigen frank en vrij, YOLO, door de wereld zie bewegen en christenen die verlost zouden zijn van zonde en schuld, zie ik soms gespannen als koorddansers over het smalle pad langs de afgrond van de hel gaan.

Als ik naar mijzelf kijk, dan was ik vroeger heel erg met regels bezig. Al mijn bezigheden gingen langs de meetlat: was het wel goed genoeg? Had ik niet wat vriendelijker kunnen zijn, wat meer tijd kunnen besteden aan belangrijke dingen zoals bijbellezen, wat meer geld kunnen geven, wat meer mijn best doen. Het gevolg was dat ik behoorlijk geleefd werd door regels. Altijd was daar dat stemmetje: ‘niet goed genoeg’.

Doordat ik zo bezig was met de regeltjes, met doen waarvan ik dacht dat God het belangrijk vond, vroeg ik niet aan God zelf wat Hij ervan vond. Ik had immers de bijbel, het Grote Boek Met Regels, Gods brief aan mij, Gods opdracht aan mij, dus mijn bidden kwam niet verder dan vragen om vergeving, vragen om voorziening en een beetje dankbaarheid.

Op een bepaald moment kwam de volgende gedachte bij mij binnen: “Doordat jij zo bezig bent met leven volgens de regels, heb Ik geen ruimte om je leven te leiden”. Dat hakte er in, kan ik je vertellen. Ik zag mezelf met mijn neus in de boeken en God die probeerde mijn aandacht te trekken. Ik kon wel janken (wat ik ook deed). Al die tijd was ik zo bezig met mezelf dat ik God had gemist. IK moest beter doen, IK moest beter zijn. Maar dat dat was een leugen. God wilde mij, mijn aandacht, mijn liefde, gewoon zoals ik was. Hij wilde samen met mij mijn leven doen, betrokken zijn bij waar ik mee bezig was. ‘Niet goed genoeg’ komt sinds Jezus niet in Zijn woordenboek voor. (Nu even niet beginnen over levensheiliging, daar ben ik helemaal voor en dat krijgt ook een plek in het boek)

Dit besef was voor mij enorm bevrijdend. Het was het begin van een ontdekkingstocht langs alle labels in mijn leven. Het een na het ander werd bevraagd, vaak met als resultaat dat het label werd verwijderd. Ik ben nu zo’n 15 jaar verder en het lijkt wel of ik steeds meer labels zie. Niet alleen bij mijzelf, maar ook in de kerk en in het leven van andere christenen. De labels herkennen en bevragen heeft mij enorm geholpen, en de ontspannen manier van leven en geloven die eruit volgt gun ik iedereen.

Zou het niet heel bevrijdend zijn als je niet overal een label met een waardeoordeel aan hoeft te hangen? Zondigen doen we toch wel, het is een illusie om te denken dat we perfect zouden kunnen worden. Er is genade, onze zonden zijn vergeven, leren we. Paulus schrijft heel veel over niet oordelen en zegt zelfs: ‘ook mijzelf beoordeel ik niet’. Hij is ook degene die vaststelt dat hij het goede wel wil doen, maar dat het hem niet lukt. Hij zegt trouwens ook dat we niet opzettelijk extra veel moeten zondigen, zodat God extra veel genade aan ons kwijt kan, dat is niet de bedoeling. Alles is geoorloofd, maar niet alles is nuttig. Je moet wel wijs met jezelf omgaan en het beste voorhebben met de mensen in je omgeving. Je leeft tenslotte niet voor jezelf. Dat is ook hoe Jezus samenvat wat God van ons verwacht: “Heb God lief met alles wat je bent/hebt en je naaste als jezelf”.

Zou het mogelijk zijn om heel veel labels af te schaffen, waardoor we meer ontspannen en vrij in de wereld kunnen staan, zonder compleet van God los te raken?

Wat voor labels hangen we als christenen en kerken eigenlijk aan de mensen en situaties om ons heen en wat zegt de bijbel over die labels? Hoe belangrijk zijn ze eigenlijk?

In dit boek wil ik op zoek naar een antwoord op deze vragen.

De labels zou ik (voorlopig) willen indelen in drie verschillende categorieën: de zonden, de gebruiken of gewoonten, en de rangen en standen. Per categorie zou ik dan een inventarisatie maken met concrete voorbeelden, de traditioneel bijbehorende bijbelteksten en hoe je daar ook over zou kunnen denken.

Foto:  ‘Reading between the lines’, Gijs Van Vaerenbergh, Borgloon

 

Comments