Hoofdstuk Zonde – De praktijk

In Galaten 5 vanaf vers 19 en in Romeinen 1 vanaf vers 21 wordt een hele lijst zonden opgenoemd. Hiermee hebben we een aardig overzicht over wat de Bijbel zonden noemt. Ik heb ze uit hun tekst volgorde geknipt en bij ‘soortgenoten’ geplakt. Ik heb er 3 hoofdsoorten uit gedestilleerd: zonden naar God, zonden naar je naaste en zonden naar jezelf. Ze krijgen alle drie een eigen paragraaf en per onderdeel ga ik inventariseren wat de zonde inhoudt, wat voor labels we eraan hangen en hoe we er ook naar zouden kunnen kijken.

Dit gedeelte heeft bijna 6500 woorden en telt 12 A4tjes

Mijn verdeling is arbitrair, maar is de volgende:

1/ Zonden naar God:

zij hebben, hoewel zij God kennen, Hem niet als God verheerlijkt of gedankt, heerlijkheid van de onvergankelijke God vervangen door een beeld dat lijkt op een vergankelijk mens, afgoderij, toverij, afwijkingen in de leer, haters van God.

2/ Duidelijk zichtbare zonden in de houding naar je naaste:

vijandschappen, ruzie, afgunst, woede-uitbarstingen, onenigheid, elkaar uitdagen, moord, ruzie, lasteraars, smaders, onverzoenlijk.

3/ Niet duidelijk zichtbare zonden in de houding naar je naaste:

afgunst, egoïsme, jaloersheid, moord, eigendunk, benijden, hebzucht, kwaadsprekers, hoogmoedigen, grootsprekers, mensen zonder natuurlijke liefde, onbarmhartig.

4/ Bijna niet zichtbare zonden in de houding naar je naaste:

ongerechtigheid, boosaardigheid, slechtheid. bedrog, kwaadaardigheid, bedenkers van slechte dingen, ongehoorzaam aan hun ouders, onverstandigen.

5/ Zonden in je houding naar je (toekomstige) partner:

overspel, hoererij, trouwelozen.

6/ Zonden vooral naar jezelf:

onreinheid, hoererij, losbandigheid, dronkenschap, zwelgpartijen.

Terzijde

De zonden genoemd in Romeinen 1 vanaf vers 21 staan in de context van heidenen die God hadden moeten kennen, maar Hem negeren. “Daarom heeft God hen overgegeven aan oneervolle hartstochten, want ook hun vrouwen hebben de natuurlijke omgang vervangen door de tegennatuurlijke. En evenzo hebben ook de mannen de natuurlijke omgang met de vrouw opgegeven, en zijn in wellust voor elkaar ontbrand: mannen doen schandelijke dingen met mannen en ontvangen het gepaste loon voor hun dwaling in zichzelf. En omdat het hun niet goeddacht God te erkennen, heeft God hen overgegeven aan verwerpelijk denken, om dingen te doen die niet passen. Ze zijn vervuld van allerlei ongerechtigheid, hoererij, boosaardigheid, hebzucht,” enz. (vers 26-29)

Deze tekst wordt wel gebruikt om te laten zien dat homoseksualiteit een zonde is. Toch heb ik ervoor gekozen om homoseksualiteit niet apart als zonde aan dit lijstje toe te voegen omdat de seksuele omgang die hier wordt beschreven m.i. vooral onder het kopje overspel of hoererij valt.

Homoseksualiteit is een gevoelig discussiepunt binnen de kerken. Ik kom erop terug in het 2e deel, over gebruiken en gewoonten, bij het onderdeel dat over het huwelijk gaat.

Er zijn dus 3 hoofdsoorten: zonden naar God, zonden naar je naaste en zonden naar jezelf. Ze krijgen alle drie een eigen paragraaf en per onderdeel ga ik inventariseren wat de zonde inhoudt, wat voor labels we eraan hangen en hoe we er ook naar zouden kunnen kijken.

paragraaf 1/ Zonden naar God

sub paragraaf A. de haters van God

Mensen kunnen een hartgrondige hekel aan God ontwikkelen als ze enorm teleurgesteld zijn in God omdat Hij niet aan hun verwachtingspatroon voldoet.

Bijvoorbeeld als ze een geliefde zijn verloren na een vreselijke lijdensweg, of als hen zelf iets afschuwelijks is overkomen terwijl ze geloofden dat God zoiets niet zou toestaan.

Maar ook als ze groot onrecht zien, oorlogen, honger, natuurrampen. ‘Als God almachtig is, waarom grijpt Hij dan niet in? Waarom laat hij al die ellende toe?’ Zij hoeven geen god die machteloos of harteloos toekijkt.

De labels

* Als je God haat kan je geen Christen zijn.

*Als je boos bent om iets dat God heeft gedaan, dan aanvaard je Gods wil niet en kom je eigenlijk tegen Hem in opstand.

* Boos zijn op God is twijfelen aan God. Je twijfelt of Hij wel het beste met je voor heeft.

Hoe je er ook tegenaan kunt kijken:

“En omdat jullie niet koud of heet zijn, maar lauw, zal Ik jullie uitspugen.” (Openbaringen 3:16 bb)

Als God iets haat, dan is het wel hypocrisie. Zowel in het Oude als in het Nieuwe Testament gaat Hij daartegen flink tekeer. (Jesaja 58, Matteüs 23)

Je kunt zeggen wat je wilt van de mensen die God haten of kwaad zijn op Hem, ze zijn niet hypocriet en ze zijn ook niet lauw. Ze hebben het hart op de goede plaats, want ze zien iets dat onrecht is in hun ogen en ze komen ertegen in opstand.

Als ik het godsbeeld van ‘de haters’ zou delen, zou ik op zijn minst boos zijn op God. Een kwade god die gefrustreerd lijkt omdat er niet naar hem geluisterd wordt en die dan mensen straft met rampen, ongeluk en vreselijke ziekten, ‘met zulke vrienden heb je geen vijanden meer nodig’.

Wat is het verschil nog met de satan die op je vernietiging en ondergang uit is?

Afhankelijk van de kerkelijke richting zijn de volgende antwoorden mogelijk:

1/ “God doet het voor je eigen bestwil, om je te behouden voor het eeuwige leven”, onder het motto: “het is beter voor u dat een van uw lichaamsdelen te gronde gaat en niet heel uw lichaam in de hel geworpen wordt ” (mat 5:29) en “de Heere bestraft wie Hij liefheeft” (Hebr 12:6).

Je hebt straffen en mishandelen. Als zelfs een aardse vader goede dingen weet te geven aan zijn kinderen, hoeveel temeer zal God u niet het goede geven? (mat 7:11) Waarom zou God je zo hard raken als Hij de mogelijkheid en de middelen heeft om je ook op een andere manier te laten weten dat je fout bezig bent? We zijn niet meer afhankelijk van profeten zoals in het Oude Testament gebruikelijk was, we hebben de Heilige Geest die ons overtuigd van oordeel en gerechtigheid. We vallen ook niet meer onder de vloek van de wet, omdat Christus die vloek op Zich heeft genomen.

Ik ben ervan overtuigd dat 99,8% van alle lijden en ellende die ons overkomt niet bij God vandaan komt en dat die andere 0,2% een noodrem is.

2/ “Dat is God niet, dat is de duivel. God is goed.” Als antwoord op de vraag waarom God dan die ellende toestaat, heb ik mensen met droge ogen horen zegen: ‘dan heb je niet genoeg gebeden’. Ik geloof dat ik dan nog liever een god heb die mij straft met een verkeersongeluk. Dan heb ik het tenminste nog verdiend. ‘Niet genoeg gebeden’ vind ik heel stom van mezelf en heel harteloos van God. Hij geeft toch boven bidden en denken? (ef 3:20) Hij houdt toch van mij? Welke vader laat zijn kind verongelukken omdat het te weinig vraagt om bescherming?

Van een almachtige God die liefde is, verwachten we bescherming tegen de zonde, tegen het kwaad, tegen alle mogelijke soorten ellende. We vinden het heel moeilijk om te begrijpen dat God het wel kan, maar niet kan.

God kan het wel, maar heeft zichzelf beperkt. Hij wil dat de mens kan kiezen en Hij wil dat de mens heerschappij voert over de aarde. God heeft een deel van Zijn heerschappij in onze handen gelegd. En als Hij het in onze handen heeft gelegd, dan houdt dat in dat Hij het zelf niet meer heeft.

Vanaf Genesis 1 heersen wij over de aarde en alles wat daarop leeft. Het was zeer goed toen Hij het net gemaakt had en aan ons gaf, maar nu is het een enorme puinhoop. Is dat Gods schuld of de onze?

God zou zijn macht kunnen terug nemen, maar daarmee maakt Hij ons als mens overbodig. We hebben dan niets meer te doen, er is dan geen reden meer voor ons bestaan. We worden dan gelijk aan de dieren.

Hij zou ook alle gevolgen van onze fouten kunnen herstellen. Als we dronken achter het stuur kruipen en iemand doodrijden, dan kan Hij het slachtoffer weer tot leven brengen en er voor zorgen dat we de volgende dag geen kater hebben. We zouden kunnen doen wat we willen zonder vervelende consequenties. Dat zou een vrijbrief zijn om alles te doen wat we willen. Niets houdt ons dan nog tegen. Maar aangezien de mens geneigd is tot alle kwaad, zeker als het geen consequenties heeft, ben ik bang dat de wereld geen leukere plek wordt. Mensen worden heel oud, want de gevolgen van oorlog, honger, ziekten, ongelukken, milieuvervuiling enz. worden ongedaan gemaakt. Dus al die (oorlogs)misdadigers, (serie)moordenaars, psychopaten, tirannen, terroristen en andere zieke geesten leven dus ook heel lang. Hoe vaak tijdens je bestaan zal je vermoord worden, een ongeluk krijgen, honger hebben, pijn hebben, verdriet hebben, opgesloten worden?

Als God de consequenties van onze fouten gaat herstellen krijgen we nog meer ellende dan we nu al hebben, ben ik bang.

God heeft gedaan wat Hij kon binnen de beperking die Hij zichzelf heeft opgelegd: het kwaad verslagen, onze zonden vergeven en zo de toegang tot Hemzelf vrij gemaakt. Iedereen die wil kan Zijn Heilige Geest krijgen De Heilige Geest leert je ook wie God is, zodat je Godsbeeld overeen gaat komen met wie Hij echt is. Dan zul je Hem niet langer haten en je zult ook minder snel boos op Hem zijn.

Op een gegeven moment kun je accepteren dat je niet alles begrijpt, dat er niet altijd een sluitende verklaring is. Je realiseert je dat er geen gemakkelijke antwoorden zijn als het gaat over lijden. Je kunt God de ruimte geven om soeverein te zijn, om hogere gedachten te hebben zonder dat je die kunt volgen, in de wetenschap dat het goed is, omdat Hij goed is. Je leert ook dat onze definitie van goedheid en liefde en gerechtigheid heel oppervlakkig is en alles te maken heeft met ons eigen welbevinden, terwijl Gods definitie veel dieper gaat en te maken heeft met de relatie waarin mensen, dieren en de aarde tot elkaar en tot God staan. Je leert aanvaarden omdat je vertrouwt.

Ja, boosheid op God komt voort uit wantrouwen. Maar je helpt iemand niet door de slechtheid ervan te benadrukken. Help liever door samen op zoek te gaan naar wie God nu werkelijk is. Help iemand de leugen over God te vervangen door de waarheid.

En onthoud, boosheid op zichzelf is geen zonde, net zomin als twijfel, wantrouwen of haat. Wat daaruit voort komt kan zondig zijn als je er niet mee naar God gaat, maar het een eigen leven laat leiden zodat het gaat woekeren en grip op je krijgt.

Subparagraaf B. de mensen die God kennen, maar Hem geen eer geven,

Ik ben een enorme fan van de Marvel-goden. Vooral Loki en Thor zijn geweldige karakters, zien er goed uit, lijken heel benaderbaar en zijn vooral lekker menselijk. Je omarmt ze als vanzelf en geeft ze een plekje in je hart.

De God van de bijbel lijkt deze eigenschappen te moeten missen. Het meest sombere beeld van God is dat van een grimmige, veeleisende oude man zonder gevoel voor humor die erg ver boven ons verheven is. Het andere uiterste is dat van een suikeroom die jou gewild heeft omdat er voor jou een bestemming is en die je zegent met alles wat je nodig hebt om die bestemming te bereiken, en meer.

Ik heb er veel moeite mee gehad om het beeld van de heilige, majestueuze, zelfbewuste God te combineren met het beeld van de liefdevolle, benaderbare, zorgende Vader.

God was voor mij een Vader op afstand, zo eentje die zondags het vlees komt snijden. Ik eerde Hem in de kerk omdat het zo hoorde. Ik geloofde dat Hij voor mijn zonden was gestorven en probeerde daar gepast dankbaar voor te zijn, voornamelijk door het juiste gedrag te vertonen. Hoe anders?

Labels

* God is een heilig God, je eert Hem door ingetogen, vroom en heilig te leven.

* God is de koning der koningen. Je moet respectvol met Hem omgaan, minstens zoals je een koning zou benaderen.

* God is een liefdevolle vader, je eert Hem door vertrouwelijk met Hem om te gaan.

* God is te groot en te veelomvattend voor ons begrip. We eren Hem door niet concreet over Hem te spreken, waardoor we Hem niet met onze woorden te kort doen.

* God is een uitbundige, creatieve God die de overvloedige natuur heeft geschapen en jou je emoties heeft gegeven. Je eert Hem door met heel je hart en ziel en lijf je geloof te beleven.

Hoe je er ook tegenaan kunt kijken:

“Het gaat immers niet om wat je ziet. Want een mens kijkt hoe de buitenkant is, maar Ik kijk hoe hij innerlijk is.” (1 Sam. 16:7 BasisBijbel)

Iedereen kent God op een bepaalde manier en iedereen probeert Hem te eren op zijn of haar eigen manier. Misschien is jouw manier niet de manier van je buurman en misschien spreekt de manier van een ander jou helemaal niet aan, dat kan. Maar daarmee is het nog niet fout.

God is heilig én creatief én een koning én een vader en sowieso te groot en te veelzijdig voor ons bevattingsvermogen.

We zijn allemaal naar Zijn beeld en gelijkenis geschapen, dus we lijken allemaal een beetje op God. Als we in onze verscheidenheid allemaal een klein facet van God laten zien, laten we elkaar daarin dan ook eren. Laat ik jouw vroomheid eren en jij mijn uitbundigheid. Ik schiet niet tekort in vroomheid en jij niet in uitbundigheid, we laten allebei een ander facet zien.

Ik heb zelf het heilige, majestueuze, zelfbewuste van God leren combineren met het liefdevolle, benaderbare, zorgende van zijn vaderschap door een fragment uit de film ‘Anna and the King’ (1999). De film speelt in 1862 en gaat over de koning van Siam (Thailand) en de Engelse lerares van zijn kinderen. De koning van Siam was een vorst die niet zomaar benaderbaar was. Er golden strenge protocollen in zijn aanwezigheid. In de film is een scene waar de koning een officiële ontvangst heeft met hoogwaardigheidsbekleders. Het gaat er heel formeel aan toe en als iemand het protocol zou overtreden zou dat zwaar gestraft worden. Dan gaat de deur van de zaal open en komen zijn kinderen binnen lopen. Ze gaan naar de koning, hun vader toe, klimmen op zijn schoot en kussen hem welterusten. Dan huppelen ze zonder consequenties met hun rug naar hem toe de zaal weer uit.

Het is dezelfde man, maar in twee totaal verschillende rollen. Hij is de koning die volgens protocol benaderd moet worden, maar hij is voor zijn kinderen gewoon een vader waar je zo naartoe kunt lopen. Zijn kinderen realiseren zich dat hun vader een machtig en zelfbewust man is, maar ik denk dat ze hem pijn zouden doen als zij hem volgens het protocol zouden benaderen. Zij hebben een andere status, zij zijn kinderen, erfgenamen, geen dienaren of onderdanen.

Zo heb ik ook God leren zien. Mijn Vader is de hoog verhevene, de naam boven alle naam, de perfecte. Ik mag me Zijn kind noemen. Ik ben trots op mijn Vader en ik prijs mezelf gelukkig dat ik bij Hem hoor.

Hoe is het mogelijk dat ik zo’n bijzondere God niet zou eren?

Subparagraaf C. de mensen die God niet helemaal vertrouwen.

Ze weten niet wat ze precies aan Hem hebben, dus voor de zekerheid zoeken ze ook steun bij andere ‘goden’. Dat noemen we afgoderij. Dat kunnen fysieke beeldjes zijn, zoals een Boeddhabeeldje dat je troost geeft of een Vishnu die welvaart brengt, maar ook een amulet of een armband die zorgen voor geluk of gezondheid, rituelen die mentale kracht of zekerheid geven, enz. Zodra je gelooft dat een voorwerp of handeling jouw iets brengt waar het fysiek niet toe in staat is, is dat een afgod voor je.

Er zijn ook mensen die hun zekerheid zoeken in toverij. Ze willen niet wachten op God of willen iets wat God niet wil geven en nemen het heft in eigen hand. Ze gebruiken bovennatuurlijk krachten naar eigen inzicht om voor elkaar te krijgen wat ze zelf belangrijk vinden of om te weten te komen wat God niet openbaart.

Labels

* door beeldjes en andere parafernalia van vreemde goden haal je de kracht van die god in huis of raak je occult besmet/ of niet.

* Homeopatie, yoga, acupunctuur, meditatie, mindfulness, Feng Shui, kan geen kwaad/ is occult.

* zwarte magie is toverij, dat is gevaarlijk. Witte magie is oké omdat het uitgaat van de natuur. /

Alle magie is demonisch /alle magie is nep

* Helderziendheid is nep / is occult.

Hoe je er ook tegenaan kunt kijken:

“Lieve broeders en zusters, geloof niet zomaar iedereen. Ga bij iedereen na of zijn boodschap wel echt van God komt. Want er lopen heel veel bedriegers op de wereld rond. Zó kunnen jullie de Geest van God herkennen: iedereen die erkent dat Jezus Christus werkelijk een mens van vlees en bloed is geworden, hoort bij God.(…)

Jullie zijn uit God geboren, kinderen, en jullie hebben de vijanden van Christus overwonnen. Want Hij die in jullie is, is machtiger dan hij die in de wereld heerst.

De bedriegers zijn ongelovige mensen. Daarom zeggen ze dingen die de ongelovige mensen graag horen. En daarom luisteren de ongelovige mensen ook naar hen.

Maar wij horen bij God. De mensen die bij God horen, luisteren naar ons. De mensen die niet bij God horen, luisteren niet naar ons. Zo kunnen we weten of iemand vanuit de Geest van de waarheid spreekt, of vanuit de geest van bedrog. (1 joh 4: 1-6 bb)

Afgoderij en toverij is ingewikkelde materie. Alle christenen zijn het er wel over eens dat God de eerste plaats hoort te hebben en dat je geen andere goden naast Hem kunt dienen, of andere krachten om hulp kunt vragen. Alleen wat dan die andere goden of krachten zijn, daarover verschillen de inzichten, net als ook over de ernst van de consequenties als je je daar toch mee inlaat.

Wat de een ziet als nep, ziet de ander als demonisch. Waar de een er het gevaar er niet van kan inzien, is de ander doodsbang voor de gevolgen.

De ervaringsverhalen verschillen ook enorm. Sommige mensen hebben letterlijk nachtmerries van een afgodsbeeldje in hun huis, anderen vinden het gewoon een mooi kunstvoorwerp en hebben nergens last van. Sommigen gaan naar een alternatieve genezer en komen onder een kwaadaardige invloed, anderen vinden er baat bij.

De bijbel geeft een aantal aanwijzingen:

1/ Er zijn goden naast de God van de bijbel, maar die moeten we niet aanbidden.

2/ Er is een boosaardige geestenwereld (Ef 6:12) waar we contact mee moeten vermijden:

“Raadpleeg geen geesten en schimmen van doden.” (Lev. 19:31) In Job 4:12 -21 kun je lezen waarom dat is: ze vertellen halve waarheden en glasharde leugens.

3/ Het is mogelijk om de naam van Christus te gebruiken om wonderen te doen buiten Christus om.

(Mattheus 7:22,23) Je herkent deze mensen aan hun vruchten, aan wat ze voortbrengen, of ze gehoorzaam zijn aan God (vs 20, 23).

We zijn niet weerloos overgeleverd:

We hebben een geestelijke wapenrusting gekregen “opdat u stand kunt houden tegen de listige verleidingen van de duivel” (ef 6:10-18).

Jullie zijn uit God geboren, kinderen, en jullie hebben de vijanden van Christus overwonnen. Want Hij die in jullie is, is machtiger dan hij die in de wereld heerst. (1 joh 4: 4)

Als je het idee hebt dat je bij het eerste de beste foute contact een besmetting oploopt, zou je je kunnen afvragen of dat niet een leugen is.

Als je het idee hebt dat je nooit beïnvloed zal kunnen worden, ben ik ook bang dat je in een leugen geloofd. Adam, Eva en Petrus zijn mensen die dicht bij God leefden, maar toch beïnvloed werden door de satan.

En dan is er nog deze schitterende bijbeltekst:

“Niemand denkt na. Niemand vraagt zich af: ‘Als ik van de ene helft van het hout vuur maak waarop ik brood bak en vlees braad, hoe kan ik dan van de rest van het hout een god maken? Hoe kom ik erbij om neer te knielen voor een blok hout?’ Hij vertrouwt op iets wat eigenlijk maar as is. Hij houdt zichzelf voor de gek. Hij komt bedrogen uit. Hij heeft niet door dat hij in een leugen gelooft.” (Jesaja 44:19,20, basisbijbel)

Paragraaf 2 zonden naar je naaste

Over het algemeen zijn we het aardig eens over wat wel en niet kan, of we nu christen zijn of niet. We weten ook dat we ons er niet altijd aan houden. We verschillen echter van mening over hoe erg dat is. Veel mensen staan op het standpunt dat het niet erg is om een (ongeschreven) regel te overtreden als niemand het merkt, of als niemand er last van heeft. Vreemd gaan zit vaak in deze categorie en belasting ontduiking of te hard rijden. Soms mag je zelfs een regel overtreden als het een goed doel dient. We kennen allemaal het leugentje om bestwil en veel mensen hebben er niet veel moeite mee als een dictator á la Hitler vermoord zou worden. En als je een regel overtreedt en je kunt er niets aan doen, dan is het vaak ook niet zo erg – als het jezelf betreft dan. Een driftbui bijvoorbeeld of je vergeet per ongeluk iets af te rekenen. Als iemand anders zich beroept op overmacht dan is het maar de vraag of het niet gewoon een smoes of een leugen is.

Ik denk dat ik wel mag stellen dat we over het algemeen ongelofelijk inconsequent zijn als het om ons oordeel over zondigen gaat.

De bijbel geeft verschil aan tussen de ene zonde en de andere. Je hebt namelijk de zonden tegen het eigen lichaam (Rom 1:24,25; 1 Cor. 6:18), een zonde tot de dood en er is zonde die niet tot de dood leidt (1Johannes 5:16,17). De zonden tegen het eigen lichaam worden redelijk nauwkeurig beschreven, maar welke zonde niet tot de dood leidt wordt niet vermeld. Dat geldt ook voor

de zonde die wel tot de dood is, en voor de lastering tegen de Geest, die de mensen niet vergeven zal worden (Mat 12:31,32).

Dat geeft te denken. De meest serieuze zonden tegen God worden niet benoemd maar de zonden tegen mensen, inclusief onszelf, wel. Waarom is dat?

In ieder geval hebben wij samen in de loop der tijd verschillende labels aan de diverse zonden gehangen.

sub paragraaf a/ Duidelijk zichtbare zonden

De duidelijk zichtbare zonden hebben allemaal te maken met kwaadheid. Je bent kwaad op die ander en dat laat je weten. Onenigheid, onverzoenlijkheid, uitdagen, lasteren, smaden, ruzie, woede uitbarstingen, vijandschap en moord.

Labels

* je mag geen ruzie maken, een christen hoort de vrede te bewaren.

* Je mag niet kwaad worden want een woede-uitbarsting is een zonde

* je mag wel boos worden, als je het voor de avond maar weer kwijt bent

* je moet de andere wang toekeren

Hoe je er ook tegenaan kunt kijken

De eigenschap van God waar mensen de meeste moeite mee hebben is Zijn woede. Wij zijn naar Gods gelijkenis gemaakt, dus ook wij kennen woede.

Als we kijken naar de momenten in de bijbel dat God woedend is, dan zijn dat de momenten dat Hijzelf of Zijn volk heel slecht wordt behandeld. God is kwaad als het volk Hem inruilt voor andere goden, Hij is kwaad als andere volken Zijn volk kwaad doen en als leiders van Zijn volk Zijn volk onderdrukken en uitbuiten en de verkeerde dingen leren over Hem.

Ook wij mogen woedend worden om onrecht en om misleiding.

Misschien móeten we daar juist wel kwaad om worden. Want die woede geeft motivatie en energie om er iets aan te veranderen. Dat geldt trouwens ook voor onrecht naar jezelf.

Het is de kunst om je woede voor je te laten werken, want het is een geweldige dienaar, maar pas op, want het is een verschrikkelijke meester. (dat geldt trouwens voor vrijwel alles.) Als woede jou gaat beheersen komt er een donkere wolk boven je leven te hangen en is niks meer goed. Of je explodeert fysiek of verbaal omdat je je woede niet onder controle hebt.

Woede vergalt je eigen leven en vaak ook dat van degenen om je heen.

Daar mag je je ook boos over maken!

Labels

* iemand vermoorden mag als die ander heel slecht is (Hitler ofzo) of als zelfverdediging

* je hoeft je vijanden pas te vergeven als ze hun excuses hebben aangeboden

* je moet toch de waarheid over iemand kunnen zeggen, ook al is dat niet fraai.

* soms moet er onenigheid zijn, om zo het kaf van het koren te kunnen scheiden.

Hoe je er ook tegenaan kunt kijken

We zijn geneigd om onze eigen draai te geven aan regels als ze ons niet uitkomen of als we ons er niet aan kunnen houden. We zijn ontzettend goed in recht praten wat krom is.

Daarom is de Bergrede (Matteüs 5,6,7) zo confronterend. Jezus haalt alle redenaties onderuit door naar de kern te gaan. De wet leidt misschien de buitenkant in goede banen, het gaat om het hart, het gaat om wat er in je hoofd om gaat.

Je kunt tien redenen bedenken waarom je in die of die situatie wel mag moorden, of lasteren, of ruzie maken, feit blijft dat de sfeer er met zo’n houding niet beter op wordt. Mensen die zichzelf rechtvaardigen zijn over het algemeen geen prettige mensen om mee om te gaan.

“Kracht verhult vaak de essentie van dingen, terwijl zwakte die aan het licht brengt.” (Tomáš Sedlácek)

Misschien zijn we er heel erg bang voor dat onze essentie aan het licht komt, en willen we daarom stoer, zeker en vol zelfvertrouwen overkomen. Misschien zijn we bang om niet serieus genomen te worden, of om afgewezen te worden, of om niet het goede voorbeeld te geven.

Stel jezelf eens de volgende vragen:

Ben je liever bevriend met iemand die altijd alles goed doet en weet, of met iemand die net als jij, fouten maakt, niet altijd even goed nadenkt, dingen niét kan, wel eens een pesthumeur heeft, enz?

Ga je liever om met iemand die perfect is, of iemand die af en toe een steek laat vallen, maar dat ook toegeeft?

Ga je met vragen liever naar iemand die alles prima op orde heeft en alle antwoorden kent, of naar iemand die het nodige heeft meegemaakt en kan invoelen waar je mee zit?

Hoe zouden mensen dan naar jouw missers en onzekerheden kijken?

sub paragraaf b Niet duidelijk zichtbare zonden

Dit zijn allemaal van die herkenbare vervelende trekjes: afgunst, egoïsme, jaloersheid, trots, hebzucht, kwaadspreken, hoogmoed, opscheppen, onbarmhartigheid, onverstandigheid.

Labels naar onszelf:

* niemand is perfect

* zo ben ik nu eenmaal

* ik zou ook liever anders zijn

* ik kan het niet laten

* bij mij is het gelukkig niet zo heel erg

Hoe je er ook tegenaan kunt kijken

Een dode vlieg doet de zalf van de zalfbereider stinkend gisten. Zo doet ook een kleine dwaasheid met kostbare wijsheid en eer.” (Prediker 10:1)

Dat we ons er allemaal wel eens schuldig aan maken, wil niet zeggen dat we het daarom maar moeten vergoelijken. Het zijn stuk voor stuk trekjes die heel vervelend zijn voor jezelf en voor de mensen om je heen. Het zijn deze trekjes die de omgang met elkaar soms zo lastig maken of die voor verwijdering zorgen. Je gaat niet graag om met iemand die hoogmoedig is of egoïstisch, of jaloers, of hebzuchtig, maar je kunt dat vaak niet uiten naar zo iemand.

Hoe zou jij reageren als iemand naar je toekomt en zegt dat je trots bent, of onbarmhartig, of dat je kwaadspreekt? Je schiet waarschijnlijk meteen in de verdediging.

Waarom reageren we eigenlijk zo afwerend? We weten toch dat we zondig zijn en genade nodig hebben? We weten toch dat het beter is als we onze slechte eigenschappen vervangen door goede gewoonten? Vaak hebben we zelf niet door hoe we echt zijn. Is het dan niet heel erg welkom dat iemand ons een spiegel voorhoudt, zodat we er iets aan kunnen proberen te doen?

Zou onze verdedigende houding komen doordat we vermoeden dat de motivatie van degene die ons een spiegel voorhoudt niet zuiver is? Of omdat we vinden dat die ander geen recht van spreken heeft, of zich gewoon met zijn eigen zaakjes moet bemoeien?

Het maakt een groot verschil of een goede vriend iets zegt over je gedrag omdat hij of zij ziet dat je jezelf in de weg zit, of dat een relatieve vreemde een opmerking naar je kop slingert omdat die geïrriteerd is of vindt dat je je niet christelijk genoeg gedraagt.

Hoe het ook zij, ik denk dat het tijd wordt om de waarheid onder ogen te zien en niet langer goed te praten wat fout is. Op het moment dat we tot ons laten door dringen wat het totale schadelijke effect van onze gezamenlijke kleine misstappen is (de huidige ellende in de wereld), zijn we misschien wat meer gemotiveerd om te luisteren als iemand ons een spiegel probeert voor te houden.

Verbeter de wereld en begin bij jezelf!

sub paragraaf c/ Bijna niet zichtbare zonden

De donkere kant van de mens zit vaak goed verborgen. Meestal komt die er niet uit, gelukkig. Maar als de omstandigheden tegen zitten blijkt het vernislaagje van onze beschaving flinterdun. Ongerechtigheid, boosaardigheid, slechtheid, bedrog, kwaadaardigheid, bedenkers van slechte dingen, ongehoorzaam aan hun ouders, mensen zonder natuurlijke liefde, het zit potentieel in ons allemaal. Het verbaast me altijd weer hoe in bv oorlogssituaties aardige mensen veranderen in beesten. Soldaten die verkrachtend en plunderend rondtrekken, verhoortechnieken die je niet wilt weten, criminele bendes die een ongekende wreedheid aan de dag leggen; hoe is het mogelijk dat mensen dit elkaar aandoen? Wat is er in hen gevaren dat ze zo kunnen veranderen?

Labels

* We kennen geen mensen die dit soort dingen doen.

Hoe je er ook tegenaan kunt kijken

“Want de HEERE, uw God, is de God der goden en de Heere der heren; die grote, machtige en ontzagwekkende God, (…)Die recht verschaft aan de wees en de weduwe, Die de vreemdeling liefheeft door hem brood en kleding te geven. Daarom moet u de vreemdeling liefhebben, want u bent zelf vreemdelingen geweest in het land Egypte. (Deuteronomium/10 : 17-19)

Met andere woorden: “Je weet wat het is om vreemd aangekeken te worden, er niet bij te horen, een andere taal te spreken, andere normen en waarden te hebben, maar Ik ben bij je en Ik heb je gezegend. Je komt niets tekort. Wees daarom vriendelijk en behulpzaam voor mensen in dezelfde positie, zorg voor ze zoals Ik voor jou gezorgd heb.”

Wat zie je als je naar vluchtelingen, asielzoekers, migranten, mensen met een ander kleurtje of een andere kledingstijl, kijkt? Hoe zou God naar die mensen kijken?

Incest, kindermishandeling, partnermishandeling, ouder mishandeling, treiteren, het komt ook in christelijke kring voor. De slachtoffers zijn net zo weerloos als oorlogsslachtoffers en worden net zo getraumatiseerd, misschien wel erger omdat het bekenden zijn die hen dit aandoen. Soms wordt dit door een kerkleiding rechtgepraat of onder de mat geveegd. En dan nog vragen we ons af waarom God niet naar ons glimlacht.

Waar ik me nog het meeste over verbaas is hoe gemakkelijk we ons kunnen amuseren met geweld en lijden van anderen. Het meest bekend zijn de homevideo’s met ongelukjes waar je soms echt heel hard om moet lachen. Ikzelf kijk graag actiefilms en detectives. Ik amuseer me ten koste van de dood van anderen. Mijn kinderen zijn van de generatie die computerspellen speelt. Die schieten zelf mensen dood. Maar we begrijpen niets van mensen die gingen kijken naar gladiatoren gevechten of terechtstellingen of stierenvechten.

Wonderlijk.

Paragraaf 3 Zonden naar jezelf

In de inleiding heb ik nog een onderscheid gemaakt tussen zonden in je houding naar je (toekomstige) partner en zonden vooral naar jezelf. Dat onderscheid laat ik hier los omdat mijns inziens zonden naar je (toekomstige) partner je relatie met je partner stuk maken en daar ben je zelf ook een slachtoffer van.

Het rijtje onreinheid, hoererij, losbandigheid, dronkenschap, zwelgpartijen, overspel en trouweloosheid staat voor het ‘je mag niks leuks’-imago van christenen. Op dit terrein scheiden zich de wegen van de kerk en de wereld volgens de overbekende poster in de brede weg die tot verderf leidt en het smalle pad naar je behoud. De boodschap van deze prent is dat, als je je weet te beheersen, je geschikt materiaal bent voor het Koninkrijk der Hemelen.

Als ik zo’n poster had, zou ik hem in de prullenbak laten zakken, want grotere onzin is er niet.

De hele Bergrede, waarvan de tekst over de smalle en de brede weg (Matteüs 7:13,14) een afronding is, is een rede tegen huichelaars die aan de buitenkant voldoen aan de eisen van de wet en zich erop laten voorstaan dat ze daardoor rechtvaardigen zijn. Zij wandelen op de brede weg van de wet. (psalm 119:1,3, 45).

Zou Jezus dan nu aan het eind van zijn toespraak, 180 graden draaien en bepleiten om vooral de wet te houden, de gemakkelijk vindbare, goed zichtbare, brede weg van de regels? Of zou Hij pleiten voor de lastig vindbare, niet altijd even duidelijke weg van het hart, van de Liefde, geïnspireerd door Jezus, die Zichzelf op andere plaatsen ook presenteert als de Weg en de Deur?

Labels

* je mag geen seks buiten het huwelijk, je mag niet alleen zijn met iemand van de andere sekse, want dat brengt je in verleiding.

* je mag geen alcohol drinken, je mag niet naar een café of bar want daar kan je in de verleiding komen om teveel te drinken.

* je mag niet naar een disco, je mag überhaupt niet dansen, want dat werkt verleiding in de hand

* je mag niet gokken, je mag ook niet kaarten want dat verleidt tot gokken

* je mag niet naar de bioscoop of TV kijken, want het meeste wat je ziet kan je in verleiding brengen.

* pas op met wat je leest, wat je hoort en waar je naar kijkt. Voor je het weet raak je gewend aan geweld, dronkenschap, onreinheid, echtscheiding, enz. en vind je het minder erg.

Hoe je er ook naar kunt kijken:

Probeer geen gaten met gaten te vullen. Soms voel je je beroerd en heb je troost nodig, soms voel je je belabberd en heb je bevestiging nodig, soms voel je je klote en heb je steun nodig, soms voel je je leeg en heb je een kick nodig. Zoek de oplossing dan niet in de bevestiging van snelle platte seks, de verdoving van alcohol, de bedwelming van gokken, de betovering van de film, de bevrediging van eten. Je voelt je echt geen beter mens na een weekendje doorhalen; meestal eindig je letterlijk en figuurlijk met een kater en een nog leger gevoel dan dat je al had omdat je niet echt met trots naar jezelf kunt kijken na zo’n weekend.

Hoeveel mensen zijn er niet door de kerk verkettert omdat ze zich niet aan dit soort regels hebben kunnen houden, terwijl ondertussen egoïstische, hebzuchtige, hoogmoedige, onbarmhartige mensen nog wel eens op leidinggevende posities terecht kwamen.

Ik weet of in andere godsdiensten de goden opdracht hebben gegeven tot feesten, maar de God van Abraham, Izaak en Jacob heeft zijn volk opgedragen om drie keer per jaar een week lang feest te vieren, een bevrijdingsfeest en twee oogstfeesten (Exodus 23:14-16)

Het eerste wonder dat Jezus deed was water in wijn veranderen. Ooit afgevraagd hoe het kwam dat de wijn op was en wat dan waarschijnlijk de toestand van de gemiddelde feestganger was, zeker gezien het feit dat er verwacht werd dat ze in dit stadium geen goede van slechte wijn meer zouden kunnen onderscheiden? Wij nette christenen zouden hier echt geen 600 liter wijn aan hebben toegevoegd. (Johannes 2 : 1-11)

Jezus was degene die het vertikte om een vrouw die was vreemdgegaan te stenigen, wat volgens de wet wel had gemoeten. “Zondig niet meer”, zei Hij, maar zou Hij haar wel stenigen als ze weer de fout in zou gaan? (Johannes 8:7)

Jezus raakte melaatse mensen aan, die waren enorm besmettelijk, maar ook onrein volgens de wet. Hij at met hoeren, stond toe dat ze Hem aanraakten, dat ze Hem volgden. Toen daar commentaar op geleverd werd – want een goede gelovige doet zoiets niet, zei Hij dat hij gekomen was om het zieke te genezen.

Zonden naar jezelf maken meer kapot dan je lief is. Houd van jezelf en wees een beetje zuinig op jezelf. Je hebt maar één lijf en één leven. Geniet, maar gebruik je hersens.

Conclusie.

De zonden zoals de bijbel ze opnoemt worden door iedereen, ook niet-christenen, gezien als iets dat je beter niet (te veel) kunt doen. Toch roepen veel mensen dat de bijbel ze beperkt en ‘dat je ook niks mag’.

Dat komt waarschijnlijk omdat Paulus tegen de Galaten zegt dat ‘wie deze zonden doet niet in het koninkrijk van God komt’. Dus wij christenen zeggen doodleuk tegen mensen dat ze met zulk gedrag niet in de hemel komen. Daar zou ik ook van gaan schuimbekken eerlijk gezegd. De arrogantie!

Als je alleen de opsomming leest en de rest van de brief buiten beschouwing laat en even vergeet wat het evangelie ook alweer inhoudt, zou je misschien de conclusie kunnen trekken dat je niet in de hemel komt als je bijvoorbeeld ruzie hebt of een keer uit de band springt.

Maar de brief aan de Galaten noemt het juist een het misverstand dat je je moet laten besnijden en dus de wet moet houden om een goede gelovige te zijn. Paulus zegt daarover:

“Sta dan vast in de vrijheid waarmee Christus ons vrijgemaakt heeft, en laat u niet weer met een juk van slavernij belasten” (Galaten 5:1).

Gerechtigheid is uit de Geest, door geloof, niet uit werken (5:5, Romeinen 1:17).

Paulus zet hier in Galaten 5 de wet samen met ‘het vlees’ tegenover de Geest met de vrucht van de Geest en laat zien dat ze totaal niet bij elkaar passen. Het koninkrijk van God bestaat uit vrede, vreugde en rechtvaardigheid (Romeinen 14:17) de vrucht van de Geest is liefde, blijdschap, vrede, geduld, vriendelijkheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid, zelfbeheersing. (5:22) Dat staat dus recht tegenover ‘de werken van het vlees’ namelijk overspel, hoererij, onreinheid, losbandigheid,

afgoderij, toverij, vijandschappen, ruzie, afgunst, woede-uitbarstingen, egoïsme, onenigheid, afwijkingen in de leer, jaloersheid, moord, dronkenschap, zwelgpartijen, en dergelijke. (5:19-21)

Kom je dus niet in de hemel als je een van deze zonden doet? Of kom je wel in de hemel als je veel vrucht van de Geest laat zien?

Of je in de hemel komt is niet afhankelijk van je levensstijl maar van je geloof. “Want God heeft Zijn Zoon niet in de wereld gezonden opdat Hij de wereld zou veroordelen, maar opdat de wereld door Hem behouden zou worden. Wie in Hem gelooft, wordt niet veroordeeld, maar wie niet gelooft, is al veroordeeld, omdat hij niet geloofd heeft” (Johannes 3: 17,18)

Je kunt de twee lijstjes van Paulus gebruiken als spiegel voor jezelf. Zie je veel ‘vlees’ en weinig Geest, dan is het misschien tijd om te kijken of je verbinding met Jezus nog wel goed zit. Hij is de ware wijnstok en jij bent een rank en zonder Hem kan je geen vrucht (van de Geest) dragen.

Maar er is altijd genade, altijd vergeving, wat je ook hebt uitgespookt en nog gaat uitspoken.

 

Comments