In mijn vorige blog schreef ik dat de bijbel ons niet kan vertellen wat de werkelijkheid is omdat de bijbel niet eenduidig uit te leggen is. Daarmee bedoelde ik niet de bijbel te diskwalificeren als bron van waarheid en wijsheid. Ik geloof dat de bijbel ons wel degelijk belangrijke dingen leert over God en over onszelf en ik geloof dat wat daarover in bijbel staat dichter bij de waarheid komt dan wat in andere godsdienstige geschriften te lezen is. Tegelijk durf ik niet (meer) te zeggen dat het ZO in de bijbel staat en dat het dus ZO IS, sinds ik een boek over de geschiedenis van de hermeneutiek heb gelezen.
Hermeneutiek is de studie naar de interpretatie van (bijbel)teksten. In het Jodendom is het de gewoonte om de leer te bevragen. Naast de geschreven Tenach – dat is ongeveer het Oude Testament – was er een mondelinge toelichting (de Misjna). In de loop van de eeuwen hebben leraren (rabbijnen) met hun leerlingen gediscussieerd over de actuele toepassing van de Tenach. Ook Jezus discussieerde hier met zijn tijdgenoten en zijn leerlingen over.
Uiteindelijk zijn rond het jaar 200 al die opvattingen opgeschreven in een commentaar op de Misjna – de Talmoed, en die is op zijn beurt ook weer een bron voor studie en bevraging. Want de tijden blijven veranderen, en vragen om een actuele toepassing van de regels en de verhalen. De argumenten voor en tegen een opvatting staan er ook bij in de Talmoed, want de argumentatie is net zo belangrijk als de voorgestelde toepassing.
In het christendom werd de hermeneutiek al snel gestuurd door een select gezelschap binnen de kerk. Anders dan in het Jodendom, had niet iedereen toegang tot de teksten van de bijbel, dus konden ‘gewone mensen’ niet mee discussiëren. De eerste 1500 jaar was het lezen van de bijbel vooral voorbehouden aan geestelijken. De leiding van de kerk bepaalde hoe de bijbel begrepen moest worden. Niet lang na de reformatie zagen de Dortse leerregels het licht, die als een moderne Talmoed de bijbel van een actuele toepassing voorzagen. Maar in plaats van de Dortse leerregels en daarmee de bijbel te blijven bevragen en te actualiseren, werd het al snel als dé uitleg van de bijbel gezien, met ongeveer hetzelfde onaantastbare gezag als de paus.
Binnen het christendom heeft men nooit dezelfde vrijheid gevoeld richting de teksten van de bijbel zoals binnen het Jodendom. Om de een of andere reden is men erg bang voor ‘anders denken’. Alsof het helemaal fout gaat als mensen voor zichzelf gaan nadenken over de bijbel en vragen gaan stellen bij wat er in staat. Dat is vreemd, want de kerkleiding heeft in de loop der eeuwen de meest vreemde dingen gedaan, gebaseerd op een bijbels onderbouwde motivatie. Oorlog voeren om macht te behouden bijvoorbeeld, groepen andersdenkenden vervolgen en vermoorden, streven naar rijkdom en bezit ten koste van de zwakkeren in de samenleving, vertellen dat je genade kunt kopen met goede werken of geld, enz. enz. De kerk is in de geschiedenis een grotere leverancier van dwaalleer gebleken dan individuen die de bijbel lazen en vragen stelden bij wat ze lazen.
In mijn jeugd, maar ook wel later in kerken waar ik kwam, was er weinig discussie over de uitleg van de bijbel mogelijk. Daardoor las ik de bijbel door een behoorlijk gekleurde bril, zonder dat ik dat eigenlijk door had. Vanuit die kennis en traditie had ik op vrijwel iedere vraag een antwoord. Pas toen ik in aanraking kwam met andere tradities die andere antwoorden hadden en die dat ook nog eens goed konden onderbouwen vanuit de bijbel, werd ik aan het denken gezet. Zij keken vanuit een ander perspectief en legden andere accenten. Daardoor werd ik ‘gedwongen’ om zelf ook de bijbel weer eens goed te lezen. Niet een klein stukje bijbel volgens een leesrooster en ook niet alle losse verzen waar een bepaald trefwoord in voorkomt. Ik leerde om alle teksten in hun context lezen, niet alleen het hoofdstuk waar het in stond, maar vaak het hele bijbelboek. En daarnaast las ik over de achtergrond van een bijbelboek: wanneer is het geschreven, wat was de cultuur toen, waarom is het boek geschreven, voor wie is het bedoeld, wat voor soort boek is het? Is het geschiedenis, is het poëzie, of een andere literaire stijl?
Het kostte ontzettend veel tijd, maar ik heb ervan genoten. Ik heb een hele nieuwe kijk op de bijbel ontdekt en daarmee ook een nieuwe kijk op God. De bril van mijn traditie bleek heel veel kleuren weg te filteren. Ik zag het allemaal behoorlijk zwart-wit. Nu ik veel meer kleuren zie, is er meer ruimte gekomen, minder contrast, minder moeten.
Ik zou willen pleiten voor een Joodse vorm van hermeneutiek binnen het alledaagse christendom. Laten we zelf bestuderen wat de generaties voor ons hebben gedacht en waarom ze dat dachten. Laten we vervolgens proberen de bril van de traditie af te zetten en de bijbel bestuderen en bevragen op de toepassing in deze tijd. Laten we onze ideeën en ontdekkingen uitwisselen en elkaars bevindingen bevragen in bijbel kringen of connectgroepen. Laten we dat doen met respect voor elkaars opvattingen, zonder iemand te verketteren die anders denkt. Laten we dat doen zonder de angst dat we ons geloof of God kwijtraken als we vragen stellen bij de bijbel en de traditie. En laten we niet de illusie hebben dat we de wijsheid of de waarheid in pacht hebben en een antwoord voor alle eeuwen moeten geven. We blijven tenslotte gewone, sterfelijke mensen. Wat wij nu bedenken, zal door anderen weer bevraagd en verbeterd worden. Maar zo komen we wel samen tot een levend, kleurrijk geloof met ruimte en genade.