Author Archives: Hetty Voogel

Hetty Voogel

Ik ben Hetty Voogel-Woerdenbag, getrouwd, 50+, moeder van een groot gezin en nu voornamelijk blogger, klusjesman, en ondersteuner van een aantal mensen en organisaties op het gebied van schoonmaak, secretariaat, administratie en organisatie. Ik ben een 'huis, tuin en keuken' christen en mijn hele leven al gelovig. Met 'huis, tuin en keuken' bedoel ik dat ik geen groots of meeslepend leven leidt, niet bijzonder geleerd ben en ook niet een leidende positie in de kerk bekleed. Ik ben gewoon betrokken bij 'mijn' kerk en draag mijn steentje bij. Met gelovig bedoel ik dat ik geloof dat God de Schepper is van hemel en aarde, de Almachtige, de Heilige, dat Hij ons gemaakt heeft, naar Zijn beeld en gelijkenis, om een relatie met Hem te hebben, dat wij als mens zwaar tekort schieten in die relatie, maar dat God in Zichzelf als Zoon ons alles heeft gegeven en als Geest ons dagelijks geeft wat nodig is om ons met Henzelf te verzoenen. Ik geloof dat wij maar een fractie begrijpen van wat er is gebeurd tijdens het leven, lijden, sterven en de opwekking van Jezus, maar dat we het als kinderen mogen aanvaarden, zodat wij als mensen toch, nu en in eeuwigheid, in Gods nabijheid kunnen zijn. Ik geloof dat de Bijbel geen wetenschappelijk boek is, maar een geloofsboek, geïnspireerd door God, opgeschreven en samengesteld door mensen. Wat in de Bijbel staat is waarheid en wijsheid van God. Het leert ons wie God is en wie wij zijn. Het is een hulpmiddel in onze relatie met God, met elkaar en met de schepping. Disclaimer Ik gebruik veel hele of halve Bijbelteksten in mijn blogs, maar geef geen verwijzingen. Aan de geïnteresseerde lezer de schone taak om uit te zoeken of het klopt wat ik beweer. Laat ik de Bijbel buikspreken, leg ik te ruim uit, klopt mijn interpretatie niet? Het zou zomaar kunnen, ik heb ook de wijsheid niet in pacht. 'Proof me wrong', zou ik willen zeggen. En dan bedoel ik ook echt aantonen: kom met argumenten en Bijbelse gronden waarom het niet klopt wat ik beweer. 'Zo hebben we het altijd gedaan' en 'ik vind', zijn geen valide argumenten voor mij. Ik gebruik ook allerlei (Engelstalige) termen, citaten en uitdrukkingen zonder uitleg, vertaling of bronvermelding. Search engines geven razendsnel antwoord op al je vragen. Verantwoording over gebruik van namen en titels Als ik het over God heb, dan heb ik het over de God van de Bijbel, de Schepper van hemel en aarde, de God van Abraham, Izaak en Jacob, De Drie-enige. Dat kan dus zowel de Vader, de Zoon als de Geest zijn. Meestal betreft het alle drie. Ik heb altijd moeite gehad om onderscheid te maken tussen de personen. Als ik het over Jezus heb, dan bedoel ik de Zoon van God, de verwachtte Messias, de gekruisigde en opgestane Heer. Ik heb het eigenlijk nooit over de Heer Jezus of de Heere God. Dat is niet omdat ik God niet zou erkennen als de Heer van mijn leven, of dat ik Hem niet hoogacht, want dat doe ik wel. Het is meer omdat Hij mijn Vader is, mijn oudste Broer, mijn Levensgezel. De titel Heer voelt voor mij te afstandelijk. Maar God is voor mij toch wel een 'U', hoewel ik het heel mooi vind klinken als iemand Hem in gebed met 'Jij' aanspreekt. Zelf kan ik dat niet, net zo min als Pappa zeggen tegen Hem. Dat is voor mij dan weer iets te familiair. Zo heeft, denk ik, iedereen een gevoelsmatige voorkeur. Laten we elkaar daar niet op beoordelen of veroordelen.

Boos

Schuin tegenover mij zit een ‘vierde wereldwinkel’. Jarenlang had ik geen idee wat het was. Ze waren tegen armoede, stond er in de etalage. Ja, wie niet, dacht ik, maar wat doe je eraan? Vechten tegen armoede is net als vechten tegen windmolens. Zonde van de tijd en energie.

Totdat ineens het muntje viel.

Waarom vinden we het eigenlijk normaal dat er armoede is? Waarom denken we dat het hun eigen schuld is als mensen arm zijn? Wie heeft ons verteld dat er geen geld is om iedereen van een fatsoenlijk inkomen te voorzien? Wie heeft bepaald dat het ene soort werk meer waard is dan het andere soort werk? Wie heeft bedacht dat bedrijven goed bezig zijn als ze besparen op personeel zodat hun winst nog hoger wordt? Waar komt het idee vandaan om arbeid te belasten in plaats van winst? Waarom vinden we het goed dat bepaalde mensen, families of bedrijven zoveel geld hebben dat ze niet eens meer de mogelijkheid hebben om er nog iets mee te doen; het wordt alleen maar meer en niemand heeft er nog iets aan.

We hebben een flinke crisis achter de rug. Langzaam krabbelen we weer uit het dal. Nou, we… De mensen met de gewone inkomens krabbelen langzaam uit het dat. De mensen met de lage inkomens mogen blij zijn als ze een paar centimeter zijn opgeschoten, maar de mensen met de top inkomens hebben nergens last van. Die hebben niet eens in een dal gezeten. Waarom geven we de mensen met de lage inkomens de schuld van het feit dat we amper uit dat dal komen in plaats van de topinkomens?

Ligt het aan die andere arme mensen dat er te veel deeltijdwerk is in ongeschoolde en laaggeschoolde banen of dat er te veel met zzp-constructies wordt gesjoemeld zodat je nog geen goed inkomen hebt als je werkt?

Ligt het aan die andere arme mensen dat er onvoldoende betaalbare goede woningen zijn?

Denk je nou echt dat het beter wordt als er minder arme mensen zijn doordat we de grenzen sluiten?

Misschien wordt het tijd om te zoeken naar manieren om geld eerlijker in te zetten. Misschien is het een idee om te zorgen dat al dat geld dat nu niet wordt gebruikt, verdiend kan worden door al die mensen die nu zonder werk zitten omdat ze zijn wegbezuinigd. En door mensen die nu in een uitkering zitten omdat ze ‘een vlekje’ hebben. En door mensen die zorgen voor andere mensen, voor clubs, kerken, culturele instellingen, hun buurt, enz., wat nu als vrijwilligerswerk wordt gezien.

Ik geloof dat ik in toenemende mate boos word op de leugen dat de enige kans op een beter leven ligt in het weren van andere mensen. Mensen met een ander kleurtje, mensen met een ander geloof, mensen met een andere taal, en al dat andere wat vermeend anders is.

Ik geloof dat ik in toenemende mate boos word op pseudo-intellectuele elitaire mannetjes die deze leugen gebruiken om er zelf beter van te worden. Ze zetten mensen met lagere inkomens tegen elkaar op en iedereen trapt erin.

Ik geloof dat ik in toenemende boos word op mensen die die het christelijke gedachtegoed misbruiken en verdraaien voor hun eigen agenda. Maar net zo goed op al die mensen die zich laten verblinden door semi-christelijke retoriek die vrijwel naadloos aansluit bij hun ongegronde angsten die ze zich door diezelfde mensen hebben laten aanpraten.

Ik geloof dat ik in toenemende mate boos word op de macht van het geld om mensen zo te betoveren dat ze er geen afstand van kunnen doen, ook al hebben ze veel en veel te veel. Ze laten liever mensen arm in een uitzichtloos bestaan met overal tekort, dan dat ze hun rijkdom inzetten om mensen een waardig bestaan te geven, waarin ze in hun eigen onderhoud kunnen voorzien.

Jezus waarschuwde ons voor deze macht van het geld. Hij leerde ons om anders te zijn en om onze naaste lief te hebben als onszelf. Dat betekent dat we onze naaste hetzelfde gunnen als we onszelf gunnen. Ook op het gebied van geld, werk en huisvesting.

Armoede is niet normaal en het is eigenlijk te gek voor woorden dat we dat niet zien.

Aswoensdag

Boete doen, 40 dagen lang meelijden met de Christus. Beseffen dat het stempel dat je op de aarde hebt gezet wel eens een te grote voetafdruk kan zijn. Dat je misschien dingen kapot hebt gemaakt.

Heb jij al last van vliegschaamte? Voel jij je nog lekker als je kiloknallers koopt, een dikke diesel rijdt of je verwarming op 22 hebt staan? Rook jij nog? Eet je nog suiker, brood, vlees? Beweeg je wel genoeg? En ben je wel aardig tegen mensen van allerlei ras, kleur en geaardheid?

Echt we hebben geen godsdienst meer nodig die ons in een keurslijf van goed gedrag perst. En ook de goed-gedrag-religie sluit andersdenkenden keihard buiten.

Van oudsher kennen we sociale controle. Als je je anders gedraagt dan de buren, dan is dat voer voor roddel. Onder het genot van een koffietje wordt jouw gedrag veroordeeld. Als je het erg bont maakt, dan volgt uitsluiting. Dat wil je niet, dus je vertoont gewenst gedrag. En zo blijft de buurt een lekkere homogene gemeenschap waar het voorspelbaar en dus veilig is.

Sociale controle vindt nu plaats op social media. Als jij iets doet wat anderen niet bevalt, loop je de kans op public shaming. De kritiek die we eerder in kleine kring uitten op iemand die we kenden, is nu verworden tot het bashen van mensen die we helemaal niet kennen en waar we amper iets van weten.

Brengt de goed-gedragreligie een betere wereld? Wordt het straks leefbaarder voor mens en dier als iedereen goed gedrag vertoont? In China denken ze van wel en bereiden ze een maatschappij voor waar je permanent in de gaten gehouden wordt. Als je goed gedrag vertoont wordt je beloond en als je verkeerd gedrag vertoont wordt je gestraft doordat je bepaalde dingen niet meer kan doen of kan kopen.

Heb je het boek 1984 van George Orwell wel eens gelezen, of Openbaring 13:15-17? Dat schetst een nachtmerrie, geen Utopia.

Aswoensdag, het begin van de vastentijd naar Pasen. Beseffen dat je misschien dingen kapot hebt gemaakt. Door te oordelen, te roddelen, te bekritiseren. Door mensen niet in hun waarde te laten en ze af te wijzen omdat ze anders zijn. Je voelt je niet veilig want je weet niet langer wat je te wachten staat. Maar geeft dat je het recht om anderen te beschadigen? In bijbelse tijden stond het vernietigen van iemands reputatie gelijk aan moord. En eigenlijk klopt dat wel. Hoe zou iemand zich voelen die op internet al die vernietigende kritiek over zich heen krijgt?

Maar ook als kerken mogen we wel het boetekleed aantrekken. Hoe vaak vragen we niet om goed-gedrag als teken van goed geloof? Hoe vaak hebben we niet met het vingertje gewezen naar afwijkend gedrag en dat veroordeeld, God dankend dat wij niet zo zijn? “Wie zonder zonde is, werpe de eerste steen”, zei Jezus. De bijbelgeleerden in zijn tijd dropen af. Ze realiseerden zich dat ze geen haar beter waren dan die zondaar. En wij? Wij leggen iemand nog eens uit dat die niet meer mag zondigen. Want dat deed Jezus ook.

We gooien iemand niet meer dood, maar onze woorden wegen zwaar en leggen een last op iemands schouders. Allemaal gaan we gebukt onder onze tekortkomingen. “Dat is het kruis dat we moeten dragen”, zeggen we tegen elkaar. En inderdaad moeten we allemaal ons kruis op ons nemen, zegt Jezus. Net zoals Hij zijn eigen dood tegemoet liep, om te sterven voor anderen, zo moeten wij ook ons leven overhebben voor anderen. Je kruis dragen heeft niet te maken met ‘moeilijkheden in het leven geduldig doorstaan’. Wel met anderen belangrijker vinden dan onszelf.

Jezus nodigde iedereen die moe en overbelast was uit om naar hem toe te komen. “Mijn last is licht”, zei Hij. Hij legt zijn volgelingen geen zware leefregels op, geen onhoudbare geboden. “Houd van God en houd van elkaar”, was zijn samenvatting van de wet, wetende dat dat al moeilijk genoeg is.

Aswoensdag, het begin van 40 dagen meelijden met de Christus. Laten we eens meelijden door proberen te houden van iedereen die op onze weg komt de komende 40 dagen, zowel fysiek als digitaal. Laten we 40 dagen houden al die mensen die onze liefde niet waard zijn, die niet zijn als wij, die op ons neerkijken, die van ons profiteren, die ons hebben pijn gedaan. Laten we 40 dagen lang met de ogen van Jezus naar hen kijken, die zijn kruis opnam om voor hen te sterven.

Zou dat de wereld een beetje mooier maken?

Nieuw leven

Het wordt lente. De zon schijnt, de krokussen komen weer boven de grond op het Lange Voorhout en er hangt hier en daar al een voorzichtige groene waas om bomen en stuiken.

Straks hangen er miljarden en miljarden fris groene blaadjes aan bomen en stuiken, die er allemaal weer afvallen als het herfst wordt. De tienduizenden schattige kuikentjes en lammetjes die geboren worden, gaan allemaal weer dood – de een wat eerder dan de ander. Zelfs wij mensen, de kroon op de schepping, zijn aan verval onderhevig. We zijn teer en kwetsbaar. Er is niet veel voor nodig om ons te verwonden, fysiek of psychisch.

Welkom op dit vrolijke lenteblog!

Wees gerust, ik ben niet depressief. Ik geniet met volle teugen van alle kleuren en geuren die de warmte van de zon tevoorschijn roept. Maar tegelijkertijd verbaas ik me over de kringloop van het leven. Over de schijnbare zinloosheid ervan. Over de verspilling van zoveel energie om ‘grondstoffen’ telkens opnieuw te gebruiken. Waarom is er dood? Waarom zijn er geen levensvormen ontstaan die niet dood gaan? Heeft de wetenschap een antwoord op de vraag waarom er verval en dood is, hoe het zo gekomen is?

Geloof heeft wél een verklaring voor dood. Ieder geloof kent eeuwig levende goden en de strijd tussen goed en kwaad waar de mensheid en de dood uit voortkomen. Ik vind het verhaal van de Joden/Christenen het mooiste. Een God die een prachtige schepping maakt met de mens als middelpunt (en de vrouw als hoogtepunt), om mee te wandelen in de avond koelte. En de komst van het kwaad die als Aurora in Doornroosje, dat feest komt verstoren en zorgt voor een vloek op de schepping. Doornen en distels zijn nu ons deel. We prikken ons allemaal en bevinden ons daardoor in een schemertoestand tussen slapen en waken. Het echte volle, eeuwige leven, zoals God het bedoeld had, is alleen nog maar te zien als door een spiegel, in raadselen. Er ligt een grijze sluier van dood overheen, die alle kleur verbleekt en de contouren vervaagt.

‘Sinds de komst van het kwaad is de schepping aan de zinloosheid onderworpen’, staat in Romeinen 8. “Met reikhalzend verlangen verwacht de schepping het openbaar worden van de kinderen van God, in de hoop dat ook de schepping zelf zal bevrijd worden uit de macht van dood en verval en dezelfde heerlijke vrijheid zal krijgen als de kinderen van God. Wij weten dat de hele schepping in afwachting van dat grote moment nog altijd zucht en kreunt als een vrouw die moet baren. Dat geldt ook voor ons. Ook wij zuchten en verlangen naar de dag dat ons lichaam zal worden verlost van ziekte en dood” (Romeinen 8:18-23 HTB).

We wachten op verlossing. Zoals we met advent de komst van gerechtigheid en vrede verwachtten, verwachten we nu verlossing uit de gevolgen het kwaad. We verwachten bevrijding uit de ellende en gebrokenheid. En kennelijk heeft dat iets te maken met het ‘openbaar worden van de kinderen van God’. Wat moet ik me daar bij voorstellen? ‘Voorwaarts Christenstrijders?'(uit de bundel Glorieklokken, lied 61). Zoek maar niet op, je begrijpt toch niet wat daar staat. Toch, hebben ze een punt met het vervolg: “drukt uws Konings spoor. Met Zijn heil’ge kruisvaan gaat ons Jezus voor.” Dit betekent zoiets als ‘What Would Jesus Do’ en doe jij dat ook.

En wat heeft Jezus hier gedaan toen Hij op aarde was? In welk voetspoor mogen we lopen? Hij heeft laten zien wat gerechtigheid inhoudt, wat vrede betekent, en hij heeft laten zien hoe herstel eruit ziet. Mensen waar wij op neerkijken, zoals armen, psychiatrische patiënten, chronisch zieken en anderen die het op eigen kracht niet redden, behandelde Hij als gelijken. Hij gaf hen hoop, vergeving en vaak ook hun gezondheid terug. Hij liet zien dat regels en wetten je niet tot een beter mens maken, maar eerder hard en veroordelend. Hij vertelde dat barmhartigheid en liefde op de eerste plaats horen te staan: “Heb je naaste lief als jezelf” en “wees een naaste”.

Hoe meer mensen Jezus gaan volgen en hoe meer mensen als kinderen van God zijn erfenis gaan uitdragen, hoe meer die grauwsluier van het kwaad en de dood wordt opgetild. Daardoor wordt beter zichtbaar hoe God het oorspronkelijk bedoeld heeft. Hoe meer mensen de opdracht van God serieus gaan nemen om de aarde te bewerken en te bewaren, hoe harder de schepping zal juichen. De aarde wordt zo een betere plek en dat is winst.

Maar de zinloosheid heffen we daar niet mee op. Een hemel op aarde kunnen we ook niet creëren. De vloek van het kwaad blijft aanwezig en dat zorgt voor steeds terugkerende doornen waaraan we ons blijven prikken. En de dood blijft ook, niemand die daar iets op zal vinden.

“Wie zal mij verlossen uit dit lichaam des doods” verzuchtte Paulus, de schrijver van de Romeinenbrief, al. Hij gaf gelukkig ook het antwoord: “Ik dank God dat er een uitweg is door Jezus Christus” (Romeinen 7:25 HTB).

Jezus werd gekroond met doornen. Hij droeg de vloek van de schepping. Hij stierf vrijwillig, Hij gaf zijn geest in handen van God, zijn vader. En zijn vader gaf hem zijn geest weer terug, zodat Hij opstond uit de doden. God was sterker dan de dood en sterker dan het kwaad.

Nieuw leven is nu mogelijk; een leven in al zijn volheid, zonder de sluier van de dood. Ons lichaam is helaas nog steeds aan verval onderhevig, maar door in de voetsporen van Jezus door het leven te gaan, weten we dat onze geest veilig is in de handen van God. Op een dag krijgen we een nieuw lichaam voor onze geest, gemaakt voor een tijdloos bestaan. Dat zal zijn op een nieuwe aarde, onder een nieuwe hemel. Dan krijgen we een nieuw leven dat nooit meer zal ophouden.

Tot die tijd is het doorbuffelen hier op deze aarde en proberen het een beetje mooier te maken.

Twee maanden later

Nu, twee maanden na de blogs over advent, vind ik pas weer een moment om te schrijven. Een belangrijke reden van de blog-stop was gewoon ordinair tijdgebrek. Maar er was ook een totaal gebrek aan inspiratie. De vraag die bij mij opkwam was: heb ik geen inspiratie vanwege tijdgebrek of laat ik mijn tijd vollopen omdat ik geen inspiratie heb?

Helaas vond ik geen tijd om deze vraag eens te overdenken, dus ik besloot het maar op zijn beloop te laten. De wereld draait ook wel door zonder mijn blogs en niemand loopt onherstelbare schade op. Ik kon daarom veilig ophouden met schrijven. Hooguit voelde het voor mezelf niet lekker dat ik niets te melden had.

Maar nu, twee maanden later, een dag voordat we de afsluiting van het kerkasiel en het bereikte resultaat gaan vieren, ontluikt er voorzichtig weer wat inspiratie. Het huis is leeg, de zon schijnt, dus waarom niet…. Laat ik eens beginnen met te schrijven over de vraag: ‘Wat is er gebeurt waardoor het schrijven is gestopt?’ Waarom had ik geen inspiratie meer?

Advent was de tijd van verwachting, van uitzien naar de komst van gerechtigheid en vrede. Voor het eerst in mijn leven heb ik dat zo intens beleefd. Met kerst zouden we de komst van het licht in de duisternis vieren, de eerste aankondiging van verandering.

Zo sterk was de verwachting en zo sterk het geloof in een almachtig God, dat ik dacht dat er echt iets zou veranderen. Maar alles bleef bij het oude. Harbers had gesproken. Het kerkasiel ging gewoon door, zij het dat er voor mij een lichte, nauwelijks merkbare waas van teleurstelling en vermoeidheid overheen hing. Dat gevoel was waarschijnlijk persoonlijk, want andere coördinatoren legden een ongekende energie aan de dag en er werd gesproken over doorgaan tot de zomer.

Waarom gebeurde er niets, vroeg ik mij af. Was Harbers sterker dan God? Was de politieke meerderheid sterker dan de gebeden van zovelen? Maanden onophoudelijk (aan)bidden, dat moet toch iets in beweging zetten? Er zijn mij in de loop van de jaren prachtige one-liners bijgebracht, zoals: “God reageert niet op nood, maar op geloof”. Nou er werd hier heel wat afgegeloofd, maar waar was Gods reactie? Of “Gebed is een kracht die dingen in beweging zet.” We zagen koffie en koek komen, net als voorgangers en bezoekers en massa’s kaarsen. Er werd op mooie manieren voorzien in wat we nodig hadden, maar ondertussen bleven we rondlopen in een woestijn.

Is gebed er niet voor om God te bewegen? Is geloof er niet voor om wonderen te verwachten? Had ik ergens iets verkeerd begrepen en waren we hier eigenlijk bezig met een christelijke variant op een regendans?

De organisatie vertelde dat we vierden om het gezin een veilige plek te bieden en om de aarde te bewegen. De hemel was voor hun een schuilplaats, een overkoepelend, beschermend dak, vol troost en kracht voor wie daaronder ging staan. De hemel hoefde niet bewogen te worden, die stond rotsvast. Mijn evangelisch – charismatische opvoeding heeft me dit niet geleerd en ik persoonlijk ben ook meer van het doen. Ik ben gewend aan zichtbaar en groots, aan met grote gebaren de kerk op de kaart zetten. Hier geheel anders. De race die hier gelopen werd was een marathon, geen sprint. Het was een estafette met enkelingen die elkaar het stokje overdroegen, heel veel enkelingen, duizenden enkelingen. Het was een gestaag gedruppel van mensen die kwamen en gingen, soms niet meer dan twee tegelijk. Zou dat werken, zo’n anonieme aanpak, in een onbeduidende locatie verstopt in een zijstraat?

Ondertussen waren er in stilte persoonlijke gesprekken met mensen die verschil konden maken. We wisten niet wanneer, niet door wie en niet met wie. Er werd niet specifiek voor gestreden in gebed. Ze gingen gewoon met God. Kon dat wel? Zou dat wel goed gaan? Moesten er niet eerst bolwerken geslecht worden in Jezus’ naam? Was het gebrek aan specifieke gebeden, gebedsbedekking en geestelijke oorlogvoering de reden dat resultaat uitbleef? Dat de hemel de aarde niet bewoog?

Toch zag ik ook een onverwachte en ongekende media aandacht op gang komen. Journalisten uit letterlijk de hele wereld struikelden haast over elkaar om verslag te doen van wat er op deze onlogische locatie gedaan werd. Er was geen grote imposante kerk uitgekozen om maximale media aandacht te genereren, er was gekozen voor de kerk met de beste woonruimte voor het gezin. De kleine kapel is een haast huiselijke omgeving met een achterwand van gekleurde tegeltjes en een eenvoudig wit houten kruis. Dat bleek wonderlijk fotogeniek.

Ene Tim Hofland begon toevallig op vrijwel hetzelfde moment op een heel andere manier aandacht te vragen voor de onrechtvaardige kanten van het kinderpardon en alsof dat nog niet genoeg was, kwamen ook hoogleraren vertellen hoe kwetsbaar kinderen in deze positie zijn en hoe schadelijk bestaansonzekerheid is. Ook dat was niet na één keer uit de media weg. Het bleef maar terugkomen.

Er werd onophoudelijk en van verschillende kanten gebonkt op de overtuiging dat we beter af zijn zonder deze mensen die werden ontmenselijkt met namen als gelukszoekers en procedurestapelaars. Hoe lang kon men zich nog verstoppen achter coalitieakkoorden en regels, of achter het idee-fixe dat we overspoeld zullen worden door een tsunami van vreemdelingen die ons land onherkenbaar zullen veranderen en onze economie zullen ontwrichten?

Bewoog de hemel hier de aarde door niet- christenen heen? Hoe konden we de overwinning dan claimen als die van de kerk? Hoe kunnen we nu nog mensen enthousiast maken voor de kerk?

Na kerst kwam het nieuwe jaar en de adventster bleef hangen. We waren nog steeds in verwachting. Het licht was gekomen, het scheen wel in de duisternis, maar vooralsnog leek de duisternis toch de overhand te hebben. Waar was die beloofde gerechtigheid?

En toen kwamen er ineens standpunten in beweging. Als gevolg daarvan begon er van alles te schuiven. Er werd gesproken, er werd gediscussieerd en toen brak de zon van gerechtigheid door. De dossiers van de 700 kinderen die onder het kinderpardon vallen, worden nogmaals bekeken, maar nu met een toepassing van de regels die niet gericht is op afwijzing. Er wordt nu gekeken naar de menselijke kant, naar waarom deze kinderen niet weg kunnen.

Het heeft bijna twee maanden geduurd voordat ik inzag wat er gebeurde in die drie maanden dat het kerkasiel duurde. Dat was de echte reden waardoor ik geen inspiratie had. Ik schrijf altijd op wat ik zie, maar ik begreep niet wat ik zag, dus ik kon er geen zinnig woord over schrijven. Wat er gebeurde, voltrok zich niet volgens mijn evangelisch-charismatische verwachtingspatroon. Er zijn bij mij de nodige overtuigingen gaan schuiven en het kost tijd om daar woorden aan te kunnen geven.

Voordat ik die ga opschrijven, wil ik nog één ding kwijt. Ik liep al langer rond met de vraag wat de rol van gebed nu werkelijk is. Soms doet God wat we vragen, maar meestal niet. Waarom? Moeten we onze gebed onderstrepen door een bepaalde manier van bidden of een bepaalde manier van leven? Kunnen we de verhoring beïnvloeden door offers te brengen in de vorm van vasten of beloften? Ik werd daar steeds minder zeker van. Het in beweging komen van mijn overtuigingen was dus min of meer een gebedsverhoring : ).

Op geestelijk gebied ben ik drie maanden lang een toeschouwer geweest bij het kerkasiel. Ik heb de volle, kleurrijke breedte van het christendom samen zien vieren. Gereformeerd vrijgemaakt die de paaskaars overdroeg aan Rooms katholiek, Baptist die het licht in handen gaf van Vrijzinnig protestant en Taizé die altijd wel een paar uur kon vullen.

Ik zag mensen die dag en nacht in aanwezigheid van God de deur open deden, koffie zetten en toiletten schoonmaakten, mensen die met groot plezier maaltijden voor 10 personen bereidden, boodschappen deden of piano speelden. Die 60 en meer mailtjes per dag weg werkten, twitterden, de website bijhielden, perscontacten op zich namen, nieuwe vrijwilligers inwerkten, en die de praktische problemen oplosten, van lekkende douche tot uitdrogende vleugel. Honderden mensen die zich rondom een gezin in nood hadden verzameld en die deden waar ze goed in waren. Deze gemeenschap functioneerde als één lichaam zonder peptalk, zonder gaventesten en zonder discipelschaps- of leiderschapscursussen.

Vijf mensen begonnen op woensdag, vijftien mensen deden mee op donderdag en kwamen bij elkaar op vrijdag 26 oktober om de doorlopende viering te beginnen. Ze hadden geen strategie, alleen de overtuiging dat ze dit moesten doen en de wetenschap dat ze dit wel twee weken vol konden houden. Het gevolg was dat de regering van Nederland na 3 maanden haar regelgeving aanpaste.

Dit was het resultaat van 3 maanden ononderbroken gebed, maar niet op de manier zoals ik dat altijd invulde: we hebben op de juiste manier gebeden en daardoor heeft God een wonder gedaan.

Ik zie nu in dat, door er te zijn, God iets had om mee te werken. Wij waren samen eigenlijk de voorwaarde voor onze eigen gebedsverhoring. Hadden die eerste vijf, hadden die eerste vijftien, hadden die eerste vijftig, hadden die eerste vijfhonderd niet gedaan wat ze moesten doen, dan had God ook niets kunnen doen, daar ben ik van overtuigd. God werkt door mensen, christenen en niet-christenen. God heeft namelijk een plan en Hij is uitstekend in staat om te zorgen dat dat plan uitgevoerd wordt. Hoe donker de situatie ook lijkt, hoe vastbesloten een staatssecretaris ook is, het licht heeft het duister overwonnen. Nog niet altijd, nog niet overal, maar hoe vaker christenen beschikbaar zijn en mensen samen optrekken tegen onrecht, hoe vaker dat licht zichtbaar zal worden.

Gebed is nu voor mij niet in de eerste plaats vragen, maar vooral luisteren naar God, zodat Hij ons kan inspireren en wij een gebedsverhoring worden.

Het resultaat was trouwens ook dat mensen weer trots waren op de kerk en dat zelfs ongelovigen ons hun steunbetuigingen stuurden. Ik heb prachtige gesprekken gehad met mensen die niet geloofden, maar toch het gevoel hadden dat ze hier moesten zijn.

de derde advent

Voor de derde advent geen blog van mezelf, maar een heel mooi gedicht dat ik las in een boek dat was achtergelaten in de Bethelkapel. Het verbindt twee prachtige bijbelgedeelten over het begin met elkaar: Genesis 1 en Johannes 1:1-15.

Samen met Job 38 en Spreuken 8: 22-31 roepen deze teksten bij mij een beeld op van een scheppende God die zijn kunstwerk formeert vanuit leegte en nevel.

Soms hangt er ‘s ochtends vroeg een nevel over de velden, waardoor alles vaag en kleurloos is. Dan zie ik de lege aarde nog voordat er iets geformeerd is. Langzaam verdwijnt die mist wanneer de zon opkomt. Het licht verspreid warmte en kleur. Contouren en schaduwen worden ingevuld door bomen, stuiken, dieren, huizen. De wereld komt tot leven, een nieuwe dag.

Ik vind dat in het hier en nu al een prachtige ervaring. Daarom wil ik later, wanneer ik in de hemel ben, de DVD’s van de schepping zien. Volgens mij is er niets dat de schoonheid daarvan kan overtreffen.

 

 

Het eerste woord

naar Genesis 1 en Johannes 1

oerknal wordt oerklank
begin wordt oorsprong
de wees wordt zijn kind
                          het eerste woord
                          bewust gesproken
                     om liefde in te horen
                           het eerste licht	
                   groots en gul geschonken
                  om wat goed is in te zien
                       de eerste dagennacht
                         uitgesproken teken
                               in Gods naam
oerklank wordt nuwoord
oorsprong wordt bestemming
zijn Kind maakt ons verwant
                         Gods liefde klinkt
                  uitspreekbaar, naleefbaar
                       in een mensenlichaam
                         het licht van ooit
                         krijgt een gezicht
                     in Godskind Mensenmens
                    onze dagennacht gedeeld
                       Jezus – levend teken
                                in Godsnaam
ooitwoord, nuwoord, danwoord
éénklank van eens en eeuwig
waar leven het licht ziet in liefde
Uit:

'Al het goede'
op weg van oorsprong naar bestemming
met bemoediging, gebed, Psalmen en zegen

van Rein Algera
 

Wat gedachten bij Advent

Nu ik als evangelisch meisje wat meer betrokken raak bij de PKN vanwege het kerkasiel, begin ik grote bewondering te krijgen voor bepaalde tradities. Advent is er één van.

Advent zei mij eigenlijk niks. 4 weken voor kerst naar kerst toeleven, hoezo? Kerst is voor mij al zeker 15 jaar ‘alle ballen op de kerk’. In onze moderne kerken hebben we een kerstproductie of een kerst-event. Alle toeters en bellen worden van stal gehaald om er een belevenis van te maken die buitenstaanders aantrekt. En dat werkt. Heel veel mensen die anders nooit naar de kerk zouden gaan, komen zo in aanraking met wat wij geloven. We hopen dat hun interesse gewekt is en dat ze nog eens terug komen. Dus met de intentie is niks mis.

Maar een bijkomend nadeel is dat hierdoor voor mij kerst zo plat als een dubbeltje is geworden. Het was alleen nog maar uiterlijk vertoon. read more »

Adventskaarsje

Aanstaande zondag is het 1e adventzondag. Nog 4 weken tot kerst: de komst van het Licht in de duisternis.

Eén kaarsje steken we dan aan, in die immense duisternis die ons omringt. Maar daar waar dat kaarsje brandt, daar is het wel licht. Daar wordt dood leven en stilstand beweging.

Toch heb ik niks met kerst zoals ik het gewend ben te vieren: je huis versieren, naar de kerk en eten met de familie. We zitten gezellig binnen met ons lichtje in ons kleine hoekje, christelijke liedjes te zingen. “Nu zijt wellecome, Jesu onze Heer”, “stille nacht, heilige nacht” en meer van dit soort onzin. De nacht waarin Jezus werd geboren was helemaal niet stil. Er stond een enorm engelenleger “Ere zij God” te roepen. En Jezus was helemaal niet welkom. Toen niet en nu niet. Jezus heeft namelijk de vervelende gewoonte om alles overhoop te halen wat jij en ik zo prettig vinden. Onze status quo, onze gewoonten, onze veilige regeltjes, ons bijgeloof. read more »

Het leven na de enge poort

De preek ging een keer over ‘de enge poort’. Ik ben opgegroeid met de NBG vertaling uit 1951 en ik ben altijd een kruiswoordpuzzelliefhebber geweest, dus ik heb dit nooit geassocieerd met een griezelige poort, maar altijd met een nauw, smal exemplaar.

De tekst waar gesproken wordt over de smalle poort staat in Mat 7: 13, 14: “Ga binnen door de nauwe poort, want wijd is de poort en breed is de weg die naar het verderf leidt, en velen zijn er die daardoor naar binnen gaan; maar de poort is nauw en de weg is smal die naar het leven leidt, en weinigen zijn er die hem vinden.” Een beetje een enge tekst, die vroeger geïllustreerd werd met die vreselijke poster met een brede weg langs een kermis en andere leuke dingen die regelrecht naar de hel ging, terwijl de smalle weg via de kerk naar de hemel leidde. Ik heb hier een tijd geleden al eens een blog over geschreven, dus dat dit onzin is ga ik hier niet herhalen. Toch zette iets in deze tekst me weer aan het denken. read more »

Hoop

Hoop is een vreemd, haast ongrijpbaar, fenomeen. Het wordt vaak in één adem genoemd met geloof en liefde, beide in wezen net zo ongrijpbaar als hoop. Je kunt niet op commando gaan hopen, geloven of liefhebben en je kunt het ook niet op commando uitzetten. Het overkomt je min of meer en je hebt er daarna maar weinig grip op.

Hoop is het anker van de ziel, staat in de Hebreeën brief te lezen. Hoop is een vooruitzicht waar je houvast aan kunt vinden. Deze hoop is dus niet ‘hopen dat het goed komt’, maar een concrete verwachting. Toch is hoop iets anders dan geloof. Geloof is de zekerheid van de dingen die men hoopt, zegt diezelfde Hebreeën brief. Hoop gaat dus vooraf aan geloof. read more »

Geloof

 

Geloof is een kracht, las ik laatst en dat zette me aan het denken. Ik geloof al zo’n beetje mijn hele leven en ik weet dat Jezus zegt dat geloof bergen kan verzetten, maar om het te zien als een kracht is toch nieuw voor mij.

Maar hoe ‘werkt’ geloof dan? “Uw geloof heeft u behouden”, zegt Jezus en “Uw geloof heeft u genezen”. Of: “als u een geloof als een mosterdzaadje heeft, en u zegt tegen deze berg: ‘verhef u en stort u in de zee’, dan zou dat gebeuren.” Alle dingen zijn mogelijk voor wie gelooft, tekent Marcus op uit de mond van Jezus, waarop geantwoord wordt: “Ik geloof, kom mijn ongeloof te hulp!” (Marcus 9:23,24)

Dit geloof is dus niet een bepaalde stroming, zoals protestants of rooms of evangelisch. Het is ook niet geloven dat bepaalde doctrines of dogma’s waarheid zijn. Maar het is wel een hele sterke overtuiging. Een overtuiging die het onmogelijke kan laten gebeuren. read more »